Dit stuk is deels gebaseerd op het werk ‘De armoede van economische gelijkheid’ dat eerder dit jaar bij De Blauwe Tijger verscheen. De schrijver dezes is mede-vertaler van deze excellente monografie van de Amerikaanse econoom G.G. Reisman. Het werk is hier te koop of via bol.com

Elsevier Weekblad vermeldt dat Piketty economische ongelijkheid in de Verenigde Staten, verkeerd gemeten heeft. Twee Amerikaanse economen komen tot die conclusie. De economische ongelijkheid zou minder erg zijn dan aangenomen. Betekent dit dat Piketty weerlegt is? Nee, fouten op basis van rekenmethodes laten het theoretische raamwerk intact. Het is juist dit raamwerk dat op termijn voor grotere economische ongelijkheid zal zorgen. Piketty maakt in zijn werk namelijk geen onderscheid tussen financiële rijkdom en kapitaal. Daarmee is het niet mogelijk om te zien dat sinds de jaren ’70 met name financiële rijkdom is toegenomen. Tegelijker is dat van kapitaal niet te zeggen.

Kapitaaldefinitie volgens Ludwig von Mises

Kapitaal bestaat uit alle bestaande bedrijfsobligaties en aandelen. Het zijn deze twee zaken die ervoor zorgen dat bedrijven hun productiemiddelen kunnen kopen. Dat zijn twee zaken. Zij kopen daarmee kapitaalgoederen en arbeid in. Kapitaalgoederen maken betere productie mogelijk. De computer verhoogt de productiviteit, net als de lasmachine. Zo kunnen goederen tegen een lagere prijs worden geproduceerd. Daar profiteren consumenten dan weer van.

Het inkopen van arbeid betekent het uitkeren van lonen. Dit zijn de nominale lonen die betaald worden aan de werknemers. Daarmee creëren bedrijven het beschikbaar inkomen voor werknemers. Zij kunnen dit vervolgens weer uitgeven aan goedkopere producten dankzij investeringen in kapitaalgoederen.

Zowel de eigenaar van de kapitaalgoederen als de gebruiker ervan profiteren daarmee van de investering in die kapitaalgoederen. Van daadwerkelijk kapitaal kan men dus niet genoeg hebben. Hoe meer kapitaal, hoe meer er geïnvesteerd kan worden in productieverbetering en hoe meer er beschikbaar is voor nominale lonen. Daarmee zorgt het uitbreiden van kapitaal zowel voor het groeien van de taart alswel het aandeel van de lonen van werknemers in die taart.

Verschil tussen rijkdom en kapitaal

Financiële rijkdom is het totaal aan financiële middelen die zorg dragen voor onze toekomst. Denk daarbij aan overheidsleningen, geld onder uw matras, goud en zilver, huizen en andere duurzame consumptiegoederen en zelfs ingeblikt eten voor na de zondvloed. Deze zaken dragen echter niet bij aan de kapitaalstructuur. Ze verhogen geen productie en er wordt geen arbeid mee ingekocht. Deze zaken maken de taart niet groter.

Omdat Piketty financiële rijkdom en kapitaal bij elkaar gooit in zijn definitie van ‘kapitaal’ is de economische ongelijkheid in zijn model inderdaad enorm toegenomen. De enorme toename van overheidsleningen ten opzichte van het nationaal inkomen vanaf de jaren ‘70 hebben echter niets bijgedragen aan de uitbreiding van de kapitaalstructuur. Hetzelfde geldt voor de massale expansie van krediet, de groeiende financiële sector. Gooi financiële rijkdom en kapitaal bij elkaar en inderdaad Piketty heeft gelijk. De rijken werden inderdaad rijker omdat zij hun ‘kapitaal’ investeerden in zaken die geen kapitaal zijn.

Definities en gevolgen

De twee Amerikaanse economen die nu Piketty’s fouten hebben laten zien houden zich niet bezig met deze onderliggende theoretische discussie. Zij blijven aan de oppervlakte en beargumenteren dat Piketty verkeerde cijfers heeft gebruikt. Er wordt dan ook niets weerlegd, er wordt slechts geschaafd aan de accuratesse binnen het theoretische raamwerk van Piketty. Dat doet niets af aan de gevolgen van Piketty’s definities op de lange termijn.

Doordat Piketty financiële rijkdom en kapitaal ineen ziet én de waar te nemen groei van financiële rijkdom vanaf 1970 komt hij tot zijn voorstel om ‘kapitaal’ te belasten. In de realiteit belast hij zowel de financiële rijkdom als het kapitaal. Dat levert een probleem op.

Kapitaal als motor van de economie

Kapitaal is namelijk de motor van productie in een economie. Als dit belast wordt, dan betekent dit simpelweg dat ondernemers minder mogelijkheden hebben om kapitaalgoederen en arbeid in te kopen. Dat betekent twee dingen. Ten eerste vertraagt het de productie, waardoor producten minder goedkoop beschikbaar komen voor consumenten. Ten tweede is er minder kapitaal om arbeid in te kopen. Dat betekent minder werknemers of hetzelfde aantal werknemers met een lager loon.

Om te zorgen dat bedrijven in zo’n situatie toch op hetzelfde niveau kunnen blijven produceren zullen zij moeten kiezen. De marginale productiviteit van een mens is beperkt. Technologie heeft dat nadeel minder. De initiële kosten mogen hoger zijn, daarna heeft een ondernemer nog slechts te maken met onderhoudskosten. Dit terwijl de lonen van werknemers elk jaar moeten stijgen, er bij ziekte doorbetaald moet worden, etc. etc. Niet dat deze zaken op zichzelf slecht zijn, ze maken het alleen aantrekkelijker om tot robotisering over te gaan als er een tekort aan kapitaal is. Deze ontwikkeling treft met name laaggeschoolde arbeiders.

De armoede van economische gelijkheid

Door ‘kapitaal’ (lees financiële rijkdom én kapitaal) te belasten slaat Piketty twee vliegen in één klap. Ten eerste zal de kapitaalstructuur niet toenemen, wat op termijn een schaarste van producten oplevert gegeven een groeiende bevolking. Prijzen gaan dan omhoog, of de kwaliteit van producten moet naar beneden om de prijs gelijk te houden. Ten tweede dienen ondernemers gedwongen te kiezen voor robotisering om genoeg geld over te houden om hun kapitaalstructuur te onderhouden of de productie op peil te houden. Dit betekent minder kapitaal dat beschikbaar is voor lonen van werknemers. Dit vertaalt zich naar lagere lonen voor eenzelfde aantal werknemers of hetzelfde loon voor minder werknemers.

Dit is waar het werkelijk om gaat bij Piketty en zijn belangrijke werk Kapitaal in de 21e eeuw. Niet het aanscherpen van een rekenmethode is van belang, maar de definiëring van kapitaal. Zolang economen die niet en masse weerleggen maken de nu aangetoonde rekenfouten van Piketty weinig uit. De toekomst zal zijn dat iedereen economisch gelijk is, maar vooral ook even arm. Dat is niet een toekomst om na te streven.

Meer artikelen over Piketty en problematiek rondom kapitaal, productie, en lonen vindt u hier

%d bloggers liken dit: